
Een transparant scherm dat de ene helft van de vergadertafel van de andere scheidt. Eenrichtingsverkeer in het pand. Extra ventilatie. Het is een eerste indruk van de grondige coronamaatregelen die groenbedrijf RegioGroen in Alkmaar heeft getroffen. “Net zoals iedereen moeten we ons aanpassen aan de omstandigheden”, vertelt manager Willem Kesting.
Maar niet overal zal dezelfde onrust onder werknemers zijn geweest: “Er werken hier nogal wat mensen met autisme. Die zijn heel goed in repeterend werk, maar die moet je niet uit hun ritme halen. Dan is er paniek en melden ze zich ‘ziek’. Door niet alleen snel maatregelen te treffen, maar ook door medewerkers te overtuigen en hun angsten serieus te nemen, zijn de werkzaamheden – beheer van openbaar groen, onderhoud en reiniging – inmiddels weer goed op de rit gezet.
“Inmiddels hebben we honderd mensen in dienst, waarvan zeventig uit de doelgroep met een afstand tot de arbeidsmarkt”
Geduld met mensen die wat hulp nodig hebben, is dan ook de kern van RegioGroen. Onder de naam WNK Groenbedrijf was het bedrijf van oorsprong een sociale werkplaats. Kesting: “Toen de Wet sociale werkvoorziening werd afgeschaft, moesten de begeleiders op zoek naar een andere baan. De mensen die door ze begeleid werden vielen tussen wal en schip. Maar wij dachten dat we als bv ook levensvatbaar zouden zijn en onze eigen broek op konden houden. Dat is gelukt en inmiddels hebben we honderd mensen in dienst, waarvan zeventig uit de doelgroep met een afstand tot de arbeidsmarkt.”
Kans pakken
Mensen komen soms binnen met “heel veel problemen”, zegt de manager: “Er werkt hier iemand die zeven jaar onder een brug heeft geslapen. Hij had inmiddels een zeer slecht gebit. Nu heeft hij prachtige tanden en heeft hij weer contact met zijn dochter.” Het zijn zulke verhalen waar Willem energie van krijgt: “Het moet in je bloed zitten, je moet liefde hebben om mensen te helpen.”
“We geven mensen een kans, maar ze moeten die wel zelf pakken”
Maar: “Die liefde moet wel van twee kanten komen. We geven mensen een kans, maar ze moeten die wel zelf pakken. Ze moeten er zelf aan werken en steeds een stapje verder komen.”
Dat begint met een kennismakingsgesprek. Als daaruit blijkt dat er een match is met een kandidaat, biedt RegioGroen eerst een proefplaatsing van een maand aan. Slaagt die? Dan biedt het bedrijf een halfjaarcontract en daarna eventueel een jaarcontract. Als het mogelijk is, volgen medewerkers ondertussen een studie op mbo-niveau 1 of 2; wie moeite heeft met lezen of schrijven, kan volstaan met het halen van certificaten.
Frits
WSP-NHN brengt RegioGroen met kandidaten in contact. Een van hen is Frits Verhulst (1959). Nadat Frits zijn eigen bedrijf was kwijtgeraakt, zat hij lange tijd zonder werk. Na tal van vruchteloze sollicitaties, klopte hij drie jaar geleden aan bij WSP-NHN en RegioGroen. Frits: “Ik was bereid om alles te doen, ik wilde gewoon aan het werk.” Na een geslaagde proefperiode, sloeg op de eerste dag van zijn halfjaarcontract de pech toe: Frits ging door z’n rug.
“Afgelopen jaar zijn zo’n tien tot vijftien mensen via WSP-NHN bij ons binnengekomen”
Toch zorgde deze tegenslag ervoor dat zijn werkelijke talent de kans kreeg. Om Frits’ rug te ontzien, werd zijn werkplek van het plantsoen naar het kantoor van RegioGroen verplaatst. Inmiddels is hij in vaste dienst als werkvoorbereider: Frits gaat met klanten in gesprek en stemt offertes met ze af.
Frits is niet de enige, vertelt Willem: “Afgelopen jaar zijn zo’n tien tot vijftien mensen via WSP-NHN bij ons binnengekomen.”
Geduld
Als aanvulling op hun vakinhoudelijke kennis hebben alle voorlieden van RegioGroen een Harrie Helpt-cursus gevolgd, om op de werkvloer mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te begeleiden. Deze cursus, die via WSP-NHN te volgen is, biedt volgens Willem “een mooie basis” aan bedrijven die deze doelgroep een kans willen bieden.
Maar belangrijker nog, zegt hij, is de motivatie: “Je moet wel mensen binnen je bedrijf hebben die daar energie in willen steken. Mensen die het geduld hebben om anderen te helpen. En dat heb je of dat heb je niet.”